Mobiliteit van studenten
De overheid juicht internationale uitwisselingsprogramma’s voor studenten in het hoger onderwijs toe. Door in het buitenland te studeren of stage te lopen doen studenten internationale competenties op, die hen voorbereiden op een (globaliserende) arbeidsmarkt. Bovendien versterken werknemers met internationale ervaring de Nederlandse rol in de wereldeconomie. Internationale mobiliteit draagt bovendien bij aan kwalitatieve impulsen in het onderwijs.
Soorten mobiliteit
In het hoger onderwijs is sprake van twee soorten mobiliteit:
- Diplomamobiliteit. Bij diplomamobiliteit richt de student zich op het voltooien van een studie in het buitenland en op het behalen van een diploma of graad;
- Studiepuntmobiliteit/Programmamobiliteit. Bij studiepuntmobiliteit gaat het erom in het kader van de studie ook studiepunten te behalen in het buitenland. Dit gebeurt meestal door het volgen van een deelstudie of door het doen van een stage. Ook zijn er additionele ‘programma’ middelen, zoals het Erasmus programma, beschikbaar.
Studeren
Veel hogescholen en universiteiten bieden uitwisselingsprogramma’s met buitenlandse onderwijsinstellingen aan. Onderwijsinstellingen zijn hier zelf verantwoordelijk voor. Een student kan de studie deels of volledig in het buitenland doen. De trend in Nederland zichtbaar is dat ongeveer 17% van de hoger onderwijs studenten een deel van de studie in het buitenland volgt (studiepuntmobiliteit). Zo’n 2,3% van de studenten volgt een volledige opleiding in het buitenland (diplomamobiliteit). Jaarlijks gaan zo’n 48.000 studenten voor stage of studie naar het buitenland. Dit is bijna 24 % van de studenten in het wo en 21 % in het hbo.
Internationale studenten in het hoger onderwijs die bijvoorbeeld vragen hebben over toelatingseisen, erkenning van studiepunten, beurzen, visa en huisvesting kunnen terecht bij Study in Holland. Study in Holland, gecöordineerd door Nuffic, is het startpunt voor internationale studenten die betrouwbare en actuele informatie zoeken over studeren in het Nederlands hoger onderwijs. WilWeg, gecoördineerd door Nuffic, is het startpunt voor Nederlandse scholieren en studenten die betrouwbare en actuele informatie zoeken over studiemogelijkheden in het buiteland.
Stage lopen
Naast studeren in het buitenland kunnen studenten van hoger onderwijsinstellingen ook stage lopen in het buitenland. Op deze manier doen studenten internationale werkervaring op.
Onderwijsstages in ontwikkelingslanden
Verder kunnen studenten onderwijsstages doen in ontwikkelingslanden bijvoorbeeld via stichting Edukans Foundation. Dit is een ontwikkelingsorganisatie die zich richt op de bevordering van het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs in ontwikkelingslanden. Edukans krijgt hiervoor subsidie van de overheid.
Studenten die in het buitenland studeren of stage lopen kunnen meestal hun studiefinanciering meenemen. Vaak kan een deel van de kosten voor de studie, stage of onderzoek gefinancierd worden met een studiebeurs. Dit kan ook met een bijdrage uit een fonds. . Alle mogelijkheden hiervoor zijn te vinden op de website van WilWeg.
Erasmus+
Het Europese onderwijsprogramma Erasmus+ biedt mogelijkheden aan studenten in het hoger onderwijs voor studie en stage mobiliteit. Dit betreft intra Europese mobiliteit maar ook mobiliteit met andere regio’s in de wereld.
Onderdeel van het programma Erasmus+ is de Erasmus Mundus Joint Masters. Een Erasmus Mundus Joint Master is een prestigieus transnationaal studieprogramma voor alle vakgebieden, dat wereldwijd beurzen aanbiedt voor excellente studenten. Het gaat om een gezamenlijk ontwikkeld masterprogramma van uitstekend kwaliteit, aangeboden door een consortium van minimaal drie hoge onderwijsinstellingen.
Diplomamobiliteit
In 2019 steeg het aantal Nederlanders dat zich in het buitenland inschreef verder, tot bijna 20.200 (+14.0% vergeleken met 2018). In 2019 waren Nederlanders inschreven bij onderwijs instellingen in meer dan 95 verschillende landen. Alhoewel de hoeveelheid landen waarin Nederlanders staan ingeschreven sinds 2005 is verdubbeld zijn de meeste Nederlandse studenten nog altijd te vinden in België, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten.
Studiepuntmobiliteit
Onderstaand figuur geeft een overzicht van de studiepuntmobiliteit onder Nederlandse studenten. In 2011 is het percentage Nederlandse studenten met een buitenlandervaring gestegen. Met 6% voor het hoger beroepsonderwijs en 2% voor het wetenschappelijk onderwijs. In totaal gaf 20% van de studenten aan naar het buitenland te zijn geweest.
Zie 'Internationalisering in Beeld' voor verschillende mobiliteitsstatistieken.
Diplomawaardering
Een diplomawaardering beschrijft de globale waarde van een buitenlands diploma in Nederland, evenals de inhoud en het niveau van de opleiding gemeten aan de Nederlandse equivalenten. De meest actuele informatie over diplomawaarderingen is te vinden op Nuffic.nl.
Vanuit het buitenland naar Nederland
De titel die je in het buitenland hebt behaald, mag je ook in Nederland voeren. Om een Nederlandse titel (BA/Bsc, MA / Msc, Dr/PhD) te mogen voeren, heb je echter speciale toestemming nodig. Een erkende Nederlandse titel moet je aanvragen bij DUO. Als je na je studie met een buitenlands diploma in Nederland wilt gaan werken, krijg je te maken met beroepserkenning. Kijk hier voor algemene informatie over academische en professionele erkenning procedures en informatie over procedures specifiek voor een land.
Vanuit Nederland naar het buitenland
Om te worden toegelaten tot een onderwijsinstelling in het buitenland, kan het nodig zijn om het Nederlandse diploma te laten waarderen. Bij de buitenlandse instelling kan na gegaan worden welke documenten daarvoor nodig zijn. Soms moet een diploma gelegaliseerd worden. Dit betekent dat het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) het Nederlandse diploma erkent. Buitenlandse autoriteiten weten dan dat het document rechtsgeldig is. Alleen diploma’s van opleidingen die OCW erkent, komen voor legalisatie in aanmerking.
Diplomabeschrijving (hoger onderwijs)
Een diplomabeschrijving is op naam gesteld en geeft uitleg over het Nederlandse diploma en over het Nederlandse onderwijssysteem. Via een globaal advies wordt aangegeven met welk diploma, in het aangegeven land, het diploma het beste te vergelijken is.
Europass
Studenten die een stage in een ander Europees land doen kunnen de Europass gebruiken. Dit is een set documenten waarmee werknemers en studenten hun werkervaring en opleiding kunnen vastleggen. De Europass is een initiatief van de Europese Commissie om werken en leren binnen Europa te vergemakkelijken. De Europass is voor zowel studenten als docenten, maar ook voor net afgestudeerden.
Europass kan uit de volgende documenten bestaan:
- Europass cv;
- Europass taalpaspoort;
- Europass mobiliteit;
- Europass certificaatsupplement;
- Europass diplomasupplement.
Europass cv
Het Europass cv is een standaard curriculum vitae (cv). Alle EU-landen erkennen het Europass cv. Hierdoor is het geschikt voor sollicitaties in alle landen van de Europese Unie. Het bestaat uit een standaardformulier waarop een persoon zijn/haar kwalificaties en vaardigheden kan invullen. Op de website van Europass kan een voorbeeld gedownload worden en kan een eigen Europass cv aangemaakt worden.
Europass taalpaspoort
In het Europass taalpaspoort beschrijft iemand de praktische kennis van verschillende Europese talen. Dit is van belang wanneer een persoon solliciteert naar een functie waarbij talenkennis belangrijk is. Op de website van Europass kan een Europees taalpaspoort aangemaakt worden.
Europass mobiliteit
Europass mobiliteit is een verslag van iemands verblijf en ervaring in het buitenland. Bijvoorbeeld een stage of een academisch uitwisselingsprogramma. Het mobiliteitsdocument maakt iemand niet zelf aan. Dit doet de instelling waar de persoon onderwijs heeft gevolgd of de werkgever voor wie de persoon heeft gewerkt.
Europass certificaatsupplement
Het Europass certificaatsupplement is een algemene beschrijving in het Engels of Nederlands van de beroepsopleiding in het MBO die iemand heeft gevolgd. Het certificaatsupplement voegt informatie toe aan het officiële certificaat, maar vervangt het diploma niet. Instanties die het erkende beroepscertificaat toekennen, geven Europass certificaatsupplement uit. Welke instanties dat zijn, kan nagevraagd worden bij het National Reference Point Nederland.
Europass diplomasupplement
Europass diplomasupplement beschrijft de inhoud, het niveau en het verloop van iemands studie. Het gaat om studies op hbo- of universitair niveau. Werkgevers en onderwijsinstellingen in het buitenland kunnen hiermee makkelijker de waarde van iemands diploma inschatten. Dit is vooral handig als er een stage of studieplek in het buitenland gezocht wordt of als iemand in het buitenland solliciteert. De instelling waar het diploma is behaald, stelt het diplomasupplement op. In Nederland zijn alle hoge onderwijsinstellingen verplicht om dit diplomasupplement zonder kosten voor de afgestudeerde bij het diploma te verschaffen.
Inkomende mobiliteit buitenlandse studenten
Naast uitgaande mobiliteit van de Nederlandse studenten, is het ook interessant om te kijken naar de inkomende mobiliteit van diplomastudenten. EURAXESS is een Europees samenwerkingsverband dat zich richt op het ondersteunen van:
- Onderzoekers uit de EU die zich in een ander EU-land willen vestigen én aan niet-EU onderzoekers die naar de EU toe willen komen;
- De loopbaanontwikkeling van onderzoekers
- De wetenschappelijke samenwerking tussen Europe en de rest van de wereld.
Euraxess ondersteund zowel medewerkers, studenten als onderzoekers aan Nuffic is de nationale coordinator van Euraxess NL en verschillende kennisinstellingen zijn Euraxess Service Centres. Kijk op de website van Euraxess voor de meest actuele informatie.
Nuffic houd cijfers rondom inkomende studentenmobiliteit bij en worden jaarlijks onderzocht. De onderzoeken en actuele dashboards van Nuffic zijn hier te vinden.
Mobiliteit van academisch personeel
In Nederland zijn er geen nationale beleidsdoelen en nationale mobiliteitsprogramma’s met betrekking tot mobiliteit van personeel in het hoger onderwijs. Euraxess (Europees samenwerkingsverband) en FactCards richten zich op het ondersteunen van onderzoekers, zowel binnen als buiten de EU. De overheid laat de verantwoordelijk voor het organiseren, coördineren en financieren van mobiliteitsprogramma’s over aan de instellingen voor het hoger onderwijs.
Er wordt op centraal niveau geen informatie verzameld over jaarlijkse deelname aan dergelijke programma’s. Incidenteel wordt de situatie wel onder academisch personeel onderzocht en bijgehouden. In de overeenkomsten tussen de organisatie van universiteiten (Universiteiten van Nederland, voorheen VSNU) en de organisatie van hbo-instellingen (Vereniging Hogescholen) worden salarissen, financiële compensatie en sociale veiligheid voor dergelijke programma’s geregeld. De beloningen voor deelname aan internationale mobiliteitsprogramma’s wordt per instelling vastgelegd.
Erasmus+
Binnen het programma Erasmus+ is het mogelijk subsidie aan te vragen voor uitgaande mobiliteit van docenten en stafleden in het hoger onderwijs naar landen die aan het programma mee doen. In beperkte mate is dat ook mogelijk naar landen buiten Europa . Dat kan door onderwijs te geven aan andere onderwijsinstellingen of door stages of job shadowing tbv eigen professionalisering.Ook kunnen stafleden van andere organisaties dan het onderwijs worden uitgenodigd om les te komen te komen geven bij de onderwijsinstelling.